Cliënten

Lichte daling instroom nieuwe cliënten
In het afgelopen jaar zien we een daling van instroom van cliënten. De daling is voor nu te licht om te kunnen verklaren. We zullen de komende tijd in de gaten houden of deze daling wordt voortgezet. 

Ondanks dat we de daling niet direct kunnen verklaren, is dit voor ons wel een aangrijpingspunt om onze vindbaarheid en toegankelijkheid onder de loep te nemen. We willen een laagdrempelige organisatie zijn voor de inwoners, zodat zij geen terughoudendheid ervaren om contact met ons op te nemen en hulp te vragen. Ook wanneer inwoners niet zeker zijn of we ze kunnen helpen. Juist dan bieden we ook advies en verbinden ze aan de juiste partners binnen het sociaal domein.

Terugblik op de afgelopen tien jaren
Als we de cijfers van de afgelopen tien jaren bekijken, zien we dat in het eerste jaar een piek van instroom ontstond. Dat was het effect van de decentralisatie, waarbij cliënten die op dat moment nog op de wachtlijst stonden bij andere verwijzers, allemaal door het SKT werden overgenomen. Daarna zien we dat de instroom redelijk stabiel is, rond de 1100 cliënten per jaar.

Wachttijden nemen af
Als inwoners met ons contact opnemen, voeren we direct na de aanmelding een eerste analyse uit. We adviseren de cliënt, nemen de grootste zorgen weg en maken afspraken over het vervolgtraject. Is er sprake van een ernstige situatie, dan gaan we gelijk aan de slag. 

De wachttijden van het SKT dalen sinds 2020. Zo'n 24% van de cliënten wordt vrijwel direct (binnen één week) geholpen. Bijna twee derde (62%) van de cliënten wordt momenteel binnen vier weken gekoppeld aan een vaste zorgregisseur. We zien ook een afname in het aantal cliënten dat langer dan acht weken op de wachtlijst staat. In 2021 was dat nog 25%, in 2024 is dat nog maar 9%. Een positieve ontwikkeling.

Terugblik op de afgelopen jaren
Vanaf 2020 hebben we onze wachtlijst onder de loep genomen en hebben we middels het TOP-project een aantal acties uitgevoerd om de doorstroom te optimaliseren en daarmee de wachttijden te verkorten. We streven ernaar cliënten zo snel mogelijk te helpen. Vanaf 2021 zie je dan ook dat meer cliënten binnen nul tot 28 dagen geholpen worden, en dus een afname van de cliënten die langer dan acht weken op ondersteuning van de zorgregisseur wachten.

Sinds 2023 maken we gebruik van e-health, een laagdrempelige manier om ondersteuning aan onze cliënten te bieden. Tijdens de wachttijd kunnen cliënten al verschillende modules doorlopen; ze kunnen direct aan de slag.
Om die laagdrempeligheid nog een stapje verder te brengen, zullen we in 2025 onderzoeken of e-health ook aangeboden kan worden aan inwoners, zonder dat een aanmelding bij het SKT nodig is. De modules binnen e-health kunnen inwoners namelijk al goed op weg helpen. 

Lichte stijging lopende dossiers jeugd, lichte daling dossiers volwassenen
Het gemiddeld aantal actieve (unieke) jeugdcasussen stijgt licht ten opzichte van het afgelopen jaar, echter zien we dat deze cijfers over het algemeen vrij stabiel blijven.

We zien geen toenemende aantallen cliënten die tweedelijns jeugdzorg ontvangen. Daarmee kunnen we stellen dat we in de eerste lijn hulpvragen beter ondervangen, zonder dat daar professionele jeugdhulp voor ingezet hoeft te worden.

Bij het aantal actieve volwassen casussen zien we een lichte daling.

Terugblik op de afgelopen tien jaren
Sinds de start van het SKT hebben de gemiddeld aantal lopende dossiers wat gewisseld in aantallen, van een minimaal aantal van 1022 in 2020 naar het hoogste aantal van 1539 in het startjaar van het SKT (2015). Het hoogste aantal is te verklaren doordat de wachtlijsten van de verschillende organisaties werd samengevoegd.

Aanhoudende stijging aandeel verwijzingen SKT
Het percentage van de verwijzingen naar gespecialiseerde jeugdhulp dat door het SKT wordt gedaan, is het afgelopen jaar wederom iets gestegen, namelijk van 42% naar 45%. Het percentage huisartsverwijzingen is verder gedaald van 41% naar 40%. Een steeds groter deel van de gespecialiseerde jeugdhulp die ingezet wordt, wordt door een zorgregisseur van het SKT afgegeven. Hier ligt altijd een analyse en een plan van aanpak aan ten grondslag, dat samen met de cliënt is opgesteld. Dit leidt tot verwijzingen die zo goed mogelijk aansluiten op de hulpvraag van cliënten.

De verwijzingen vanuit het gedwongen kader zijn gelijk gebleven. Het SKT is steeds beter in staat om te voorkomen dat casussen escaleren, waardoor passende hulpverlening vaker vrijwillig kan plaatsvinden. Die vrijwilligheid en het houden van de eigen regie vinden we belangrijk. Daarbij is het wel noodzakelijk om een goed netwerk te hebben de juiste ondersteuning te krijgen. We hebben nog wat stappen te maken, maar we zijn op de goede weg. 

Terugblik op de afgelopen jaren
Als we kijken naar de afgelopen jaren zien we een positieve ontwikkeling. Waar ons aandeel verwijzingen in 2020 nog 36% was, hebben we door de steeds nauwere samenwerking met de huisartsen, GI’s en scholen dit aandeel vergroot. De verwachting is dat ons aandeel in de doorverwijzingen blijft stijgen, door continu in deze samenwerkingen te blijven investeren.

Betrokkenheid SKT stijgt
Een steeds groter deel van de cliënten die gespecialiseerde jeugdhulp ontvangen, is bekend bij het SKT. Vooral bij de cliënten met complexe problematiek is dat van belang. Daar kan het SKT door de brede blik van de zorgregisseurs bijdragen aan de inzet van de best passende hulp. In overleg met de cliënt wordt gekeken naar wat wenselijk, realistisch en noodzakelijk is voor alle gezinsleden. Op die manier zijn verwijzingen soms niet nodig. En wanneer deze wel nodig zijn, sluiten ze beter aan.

Als de cliënt dit wenst, houden we vinger aan de pols wanneer het weer beter gaat.

Terugblik op de afgelopen jaren
Sinds 2018 houden we structureel onze betrokkenheid bij. Als we terugkijken op de cijfers uit deze tijd, zien we dat de betrokkenheid van het SKT sinds 2021 blijft stijgen. Waar we eerder bij 31% (2020) van de cliënten met gespecialiseerde jeugdhulp betrokken waren, is dat in 2024 bij 45%.